Wat is een bos?

Bossen zijn er in alle soorten en maten. Maar wanneer voldoet een bos aan de juiste kenmerken om het een bos te noemen? Is een groep van vijf bomen ook al een bos? En welke soorten bos zijn er allemaal? In deze blog beantwoorden deze en meer vragen om tot een duidelijke omschrijving te komen van de definitie bos.

Een bos is een oppervlakte van begroeiing waarin de boomlaag dominant is. De andere lagen; moslaag, kruidlaag en struiklaag hoeven niet per se aanwezig te zijn, maar zijn dat vaak wel (in wisselende aantallen). Een bos heeft een minimale oppervlakte van 0,5 hectare.

Bos
Vanaf hoeveel bomen spreken we van een bos?

Wat is een bos?

Een bos bestaat over het algemeen uit verschillende lagen. Zo zijn er de moslaag, kruidlaag, struiklaag en boomlaag vaak te vinden. Het is niet per see noodzakelijk dat iedere laag aanwezig is in een bos. De dominantie per kruidlaag kan daarnaast ook verschillen. Ondanks dat de verschillende definities van een bos uiteenlopen, is een dominante boomlaag over het algemeen wel aan de orde.

De minimale oppervlakte om over een bos te kunnen spreken is 0,5 hectare. In een bos kunnen ook open plekken aanwezig zijn. Dit zijn plekken waar de boomlaag ontbreekt, of een stuk minder dominant is. Dit kan een weiland zijn, maar er kan ook sprake zijn van grote plassen of vennen.

Ontwikkeling

Een bos ontstaat door spontane ontwikkeling of wordt door de mens aangeplant. Gedurende de jaren gaat een bos door verschillende ontwikkelingsfase. Allereerst start een bos in de open fase. In deze fase kent het bos een open structuur en bereikt veel zonlicht de bodem. Vervolgens komt het bos in de jonge fase. In deze fase hebben jonge bomen zich verspreid over het gebied weten te vestigen. Nog steeds bereikt het meeste zonlicht de bosbodem, maar is dit percentage wel minder dan in de vorige fase.

Hierna belandt het bos in de dichte fase. In deze fase zijn de aanwezige bomen flink gegroeid en kunnen de boomkronen elkaar raken. Nog steeds bereikt zonlicht de bodem, maar het percentage is in deze fase wel drastisch afgenomen. De hierop volgende fase noemt men de stakenfase. In deze fase hebben de boomstammen de eerste 2 á 3 meter geen zijtakken meer. Daarna komt het bos in de boomfase. In deze fase zijn de bomen volwassen geworden en vormen de kronen een dichte kroonlaag, waarin nog maar weinig zonlicht de bodem bereikt. Ten slotte raak het bos in de aftakelingsfase. In deze fase sterven er bomen en vallen er gaten in de kroonlaag. Nu komt er op steeds meer plekken weer zonlicht op de bodem.


Lees ook: de vijf mooiste bossen in Nederland


Welke soorten bos (in Nederland) zijn er?

Honderden jaren gelden bestond Nederland voor een groot gedeelte uit bos. Enkel grote grazers, zoals paarden en oerrunderen, én natuurrampen zoals bosbranden en orkanen zorgden voor open plekken. Tegenwoordig is nog maar zo’n 10% van Nederland bebost, daarmee behoort ons land tot de landen in Europa met het laagste percentage bosoppervlak.

De bossen die we in Nederland hebben zijn (gelukkig) niet allemaal hetzelfde. Bossen zijn op verschillende manieren onder te verdelen. Allereerst kan er onderscheid gemaakt worden op basis van het soort bomen dat er groeien. Zo zijn er in Nederland naaldbossen en loofbossen. Logischerwijs staan er in een naaldbos alleen maar naaldbomen (zoals spar, den en lariks) en in een loofbos alleen maar loofbomen (zoals beuk, eik en els). Een bos waarin zowel naald- als loofbomen voorkomen noemen we een gemengd bos.

Naaldbos
Naaldbossen bestaan overwegend uit naaldbomen zoals sparren, dennen en lariksen

Productie of natuurlijk?

Daarnaast kan er een onderscheid gemaakt worden op basis van de aard van een bos. Er bestaan productiebossen en natuurlijke bossen. In productiebossen ligt de nadruk op houtwinst of voedsel. In natuurlijke bossen ligt de nadruk op biodiversiteit, recreatie en andere ecosysteemdiensten. Natuurlijke bossen zijn over het algemeen gevarieerder en deze hebben vaak ook een zoomvegetatie en/of een mantelvegetatie (goed ingerichte voedselbossen kunnen dit ook hebben).

Zoom en mantel

Idealiter gaat een weiland, heideveld of landbouwperceel geleidelijk over naar een bos. Zo een type overgang begint dan met een zoom(vegetatie). In dit lijnvormig element groeien veel kruidachtige planten en ruigtekruiden. Hiertussen zijn veel waardplanten en drachtplanten te vinden voor bijen en vlinders. Daarnaast wordt de zoom gebruikt door sommige vogels om in te broeden en wordt het gebruikt als een soort snelweg waarin dieren zich van punt A naar B kunnen verplaatsen.


Lees ook: witte vlinders herkennen


De mantelvegetatie wordt gedomineerd door struiken. Dit is een zeer belangrijk lijnvormig element voor zoogdieren en vogels. Hierin wordt gebroed en kunnen kleine zoogdieren zoals muizen en marterachtigen zich veilig verplaatsen. Ook zijn een aantal inheemse struiken belangrijke waardplanten voor (nacht)vlinders. In natuurlijke mantels rondom Nederlandse bossen vind je soorten zoals braam, sleedoorn, meidoorn, en hondsroos. Deze mantels kunnen (wanneer ze de ruimte krijgen) erg soortenrijk zijn en zeer breed worden.

Geleidelijke overgangen naar bos zijn een bron van leven (Saxifraga - Jan van der Straaten)
Geleidelijke overgangen naar bos zijn een bron van leven (Saxifraga – Jan van der Straaten)

Bostypen

Bossen kunnen daarnaast onderverdeeld worden in verschillende typen, op basis van vochtigheid en vegetatie. BIJ12 heeft voor Nederland twaalf verschillende bostypen geclassificeerd (welke subsidiabel zijn), die grofweg zijn op te delen in vier categorieën: vochtige bossen, droge bossen, productiebossen en cultuurhistorische bossen. Deze vier categorieën zijn weer verder onder te verdelen in twaalf bostypen, ingedeeld op basis van vegetatie of beheertype. Deze twaalf typen zijn te vinden in onderstaande afbeelding.

Bostypen in Nederland (De Natuur van hier)
Bostypen in Nederland (De Natuur van hier)

Ecosysteemdiensten

Bossen zijn enorm belangrijk voor een gezonde leefomgeving. Ze leveren diverse ecosysteemdiensten die ervoor zorgen dat andere plekken leefbaar zijn. Zeker met het oog op klimaatverandering zal de aanwezigheid van voldoende bossen steeds belangrijker worden.

De eerste ecosysteemdienst die bossen leveren is biodiversiteit. Natuurlijk ingerichte bossen zijn een bron van biodiversiteit. Daarnaast is er in veel bossen volop ruimte voor recreatie. Zo kan er worden gewandeld, gefietst/gemountainbiket en zijn er nog tal van mogelijkheden om te recreëren. Verder wordt er hout en voedsel gewonnen in een bos. De (oude) bomen in een bos zorgen verder voor koolstoffixatie, maar koolstof wordt daarnaast ook vastgehouden in de bosbodem.

Ook op het gebied van waterbeheer zijn bossen van essentieel belang. Bossen (met name vochtige bossen) zijn in staat grote hoeveelheden water vast te houden. Dit zorgt ervoor dat omringende steden en landbouwgebieden minder wateroverlast ervaren. Niet alleen kunnen bossen water vast houden, ze zijn ook in staat water te filteren.

Tot slot doen alle bomen en planten in een bos aan fotosynthese. Hierbij worden suikers aangemaakt waarmee planten kunnen groeien. Een belangrijk nevenproduct bij dit proces is het vrijkomen van zuurstof, een essentieel onderdeel voor alle dieren (inclusief wij mensen) op aarde. Tot slot zorgen bossen voor verkoeling op aarde. Met een steeds warmer wordend klimaat kunnen bossen fungeren als natuurlijk zonnescherm, om dorpen en steden leefbaar te houden.


Lees ook: wat is een symbiose?


Bescherming

Er kan wel gesteld worden dat zonder bossen het leven op aarde een stuk minder aangenaam zou zijn. Desondanks wordt er jaarlijks een hoeveelheid bos gekapt, ter grootte van het land Portugal. Hiervan wordt maar ongeveer de helft terug geplant, dus jaarlijks verliezen we ongeveer 5 miljoen hectare aan bos. Ondanks alle ecosysteemdiensten die bossen ons leveren. Het is dus van groot belang dat bestaande bossen beter beschermd worden en dat er een (financiële) waarde gekoppeld wordt aan al de ecosysteemdiensten die bossen (en andere natuurtypen) leveren.

Boskap
Jaarlijks verliezen we wereldwijd zo’n 5 miljoen hectare bos

Veelgestelde vragen

Wat is de definitie van een bos?

Een bos is een oppervlakte van begroeiing waarin de boomlaag dominant is. De andere lagen: moslaag, kruidlaag en struiklaag hoeven niet per se aanwezig te zijn, maar zijn dat vaak wel (in wisselende aantallen). Een bos heeft een minimale oppervlakte van 0,5 hectare.

Waarom zijn bossen belangrijk?

Bossen zijn belangrijk omdat ze veel ecosysteemdiensten leveren, waardoor onze leefomgeving leefbaar is en blijft. Voorbeelden van deze ecosysteemdiensten zijn biodiversiteit, recreatie, waterzuivering en het leveren van zuurstof.

Welke dieren leven in een bos?

Het bos is een belangrijk leefgebied voor een grote verscheidenheid aan dieren. Zo zijn er veel zoogdieren zoals muizen, vossen, marters, wilde katten, herten en vleermuizen die leven in het bos. Daarnaast is het een belangrijke plek voor veel vogels zoals de houtsnip, bosuil, spechten, kruisbekken en de gaai. Verder zijn er nog tal van andere dieren zoals insecten, amfibieën en reptielen die gebruik maken van het bos.

Welke soorten bossen zijn er in Nederland?

In Nederland zijn zo’n 12 verschillende bostypen te vinden, onderverdeeld in 4 categorieën: vochtige bossen, droge bossen, productiebossen en cultuurhistorische bossen. In bovenstaande afbeelding zijn alle bostypen te zien.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Zoeken

Categorieën

Op de hoogte blijven?

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!