De vijf mooiste bossen in Nederland

Lang geleden bestond een groot deel van Nederland uit bos. Deze bossen werden op sommige plekken open gehouden door grote grazers, zoals het oeros en de wisent, én door natuurrampen, zoals bosbranden (na blikseminslag) en cyclonen. Tegenwoordig is er nog maar een fractie van deze hoeveelheid bos in Nederland te vinden. Het meeste heeft plaats moeten maken voor steden, dorpen en landbouw. Helaas is er van het originele oerbos niets meer over, maar gelukkig zijn er wel nog enkele relatief oude bossen te vinden. In deze blog maak je kennis met de mooiste bossen van Nederland.

Bos mist

Ondanks dat er door de eeuwen heen veel bos gekapt is, enerzijds als houtwinning, anderzijds om plaats te maken voor dorpen, steden en landbouw, zijn er toch nog tientallen bossen in ons land te vinden, met allemaal hun eigen kenmerkende eigenschappen en diersoorten. Uit al deze bossen hebben wij onderstaande selectie gemaakt, vijf van de mooiste bossen die Nederland te bieden hebben.

  • Het Deelerwoud, Gelderland
  • Het Drents-Friese Wold, Drenthe-Friesland
  • De Limburgse Hellingbossen, Limburg
  • Het Speulder- en Sprielderbos, Gelderland
  • De Oisterwijkse Bossen en Vennen, Noord-Brabant

Het Deelerwoud

We starten met het Deelerwoud wat ten noorden van Arnhem ligt, tussen Nationaal Park De Hoge Veluwe en Nationaal Park Veluwezoom. Het is een bos- en heidegebied van ruim 1200 hectare groot en is in het bezit van Natuurmonumenten. In het Deelerwoud zijn een van de oudste dennenbossen van ons land te vinden. Daarnaast zijn er eiken te vinden die stammen uit de tijd van het hakhoutbeheer.

Het Deelerwoud (Saxifraga-Bart Vastenhouw)

Sinds zo’n 30 jaar beheert Natuurmonumenten het gebied ‘niet’. Het gebied wordt open gehouden door grote grazers zoals Schotse hooglanders en wild zoals edelherten en wilde zwijnen. Er worden alleen zo nu en dan jonge dennen gekapt, om de kans op bosbrand te verkleinen.

In het Deelerwoud zijn enkele van de oudste dennenbossen in Nederland te vinden (Saxifraga – Bart Vastenhouw)

Fauna

Doordat er sinds 2011 in grofweg het hele jaar niet meer gejaagd wordt, gaat het goed met het wild. Tijdens een bezoek heb je dus een goede kans op edelhert, damhert, ree en wild zwijn. Ook de boommarter is een spectaculaire soort die je kunt treffen (als je geluk hebt tenminste).

Voor vogelliefhebbers is er ook genoeg te beleven. Het is een prachtige plek om bijvoorbeeld de raaf te spotten. Het gebied kent enkele broedpaartjes en is vooral in de winter zeer aantrekkelijk voor raven. Dit komt door het feit dat er meer karkassen van grote grazers liggen (door een combinatie van minder beheer (‘opruimen’), géén jacht en de komst van de wolf).

Naast raven kun je verder, afhankelijk van het seizoen, zwarte specht, draaihals, klapekster, kepen, goudvinken, kruisbekken en blauwe kiekendieven zien. De heide is daarnaast een uitstekende plek voor reptielen, zoals de adder en zandhagedis.

Goudvink
Goudvinken zijn wat schuwe vogels die je niet gauw ziet, maar als je het geluid kunt herkennen, maak je een stuk meer kans!

Lees ook: Natuurhuisje in La-Roche-en-Ardenne


Het Drents-Friese Wold

Op de grens van Drenthe en Friesland vinden we een van de grootste natuurgebieden van ons land, het Drents-Friese Wold. Ruim 6000 hectare bos- en heidegebied is hier aangewezen als Nationaal Park en is tevens Natura 2000 gebied. Het gebied spreidt zich uit over zuidwest Drenthe en zuidoost Friesland. Bekende dorpen op de grens van het Nationaal Park zijn Appelscha, Noordwolde, Diever en Vledder. Staatsbosbeheer beheert veruit het grootst deel van het gebied.

Drents-Friesewold (Saxifraga - Hans Dekker)
In het Drents-Friese Wold zijn naast heidegebieden en stuifduinen ook prachtige bossen te vinden (Saxifraga – Hans Dekker)

Het gebied kenmerkt zich door een afwisseling van bossen, heidevelden, stuifduinen en beekdalgraslanden. Met name de stuifduinen zijn bijzonder, omdat we deze op nog maar weinig plekken vinden in Nederland. De stuifduinen in het Drents-Friese Wold dreigden te verdwijnen door bebossing, maar door een groot deel bos te kappen hebben de duinen weer de ruimte gekregen om te gaan stuiven, waardoor dit bijzondere landschap behouden is gebleven.

Flora en fauna

Deze stuifduinen en de omliggende heidevelden brengen een bijzondere flora en fauna met zich mee. Op de heide kun je bijzondere flora vinden, zoals zonnedauw, lavendelhei en stekende wolfsklauw. Daarnaast komen er de zeldzame vlindersoorten het gentiaanblauwtje en de kommavlinder voor.

De stuifduinen en heide zijn daarnaast een van de weinige plekken waar reptielen het nog echt naar hun zin hebben in Nederland. Naast de zandhagedis komen hier ook alle slangen uit ons land voor: de ringslang, adder en de zeer zeldzame ringslang. Voor reptielen is rust in een gebied erg belangrijk. Respecteer daarom ook de regels in het gebied en blijf weg van plekken waar je als bezoeker niet mag komen.

Gladde slang (Saxifraga - Mark Zekhuis)
De zeldzame gladde slang komt nog voor in het Drents-Friese Wold (Saxifraga – Mark Zekhuis)

Ook vogelaars komen in het Drents-Friese Wold aan hun trekken. Naast dat er veel spechtensoorten te vinden zijn, is het ook een goede plek om roofvogels te zien. Buizerds, haviken, blauwe kiekendieven en wespendieven zijn allemaal te zien in het gebied. Ook de raaf is een graag geziene gast in het Nationaal Park. Daarnaast is het Nationaal Park de laatste binnenlandse broedplek van de tapuit, welke als ‘bedreigd’ op de Nederlandse Rode Lijst staat.

Limburgse hellingbossen

In het meest zuidelijke stuk van ons land vind je ook prachtige bossen. Vanaf het smalste stukje Nederland wordt het heuvelachtig en liggen er verspreid over Zuid-Limburg diverse hellingbossen met karakteristieke flora en fauna. Doordat ze gelegen zijn op de hellingen van de heuvels, zul je de nodige hoogtemeters voor de kiezen krijgen, dus je kunt rustig spreken van uitdagende wandelingen.

Epen (De Natuur van hier)
De hellingbossen in Zuid-Limburg wisselen zich af met een halfopen landschap van struwelen, bomenrijen en kruidenrijke graslanden(De natuur van hier)

Het Savelsbos bij Maastricht, het Bunderbos in Bunde, het Bovenste en Onderste Bosch in Epen, het Danikerbos bij Geleen en het Vijlenerbos in Vijlen zijn enkele voorbeelden van bossen die de streek kenmerken. Holle wegen, oude bomen, bosbeekjes en fantastische vergezichten, je vindt het allemaal in de Zuid-Limburgse hellingbossen.


Lees ook: hike Epen (Zuid-Limburg) 21km


Flora en fauna

Een van de mooiste tijden om deze bossen te ontdekken is het voorjaar. In veel bossen zijn dan de voorjaarsbloeiers te zien, die de bossen al vroeg in het voorjaar kleur geven. Daslook, bosanemoon, bosviooltje en slanke sleutelbloemen zijn soms in grote aantallen aanwezig, als een soort bloementapijt. Een ander voordeel van de bossen in het vroege voorjaar bezoeken: er zitten vaak nog geen (of niet veel) bladeren aan de bomen en spechten zijn in deze tijd enorm actief. Dit geeft een goede kans op een waarneming en in Zuid-Limburg heb je kans op zowat alle in Nederland voorkomende spechtensoorten.

Naast spechten zijn er ook veel andere bijzondere vogels te zien, zoals in de bossen de taigaboomkruiper en op de open stukken kraanvogels en rode wouwen. Ook als zoogdierliefhebber is er van alles te ontdekken, want naast herten heb je diverse marterachtigen, zoals de das en de boommarter. Ook de wilde kat voelt zich sinds enige tijd weer thuis in een deel van deze bossen.

Ree (De natuur van hier)
Een ree in het Vijlenerbos (De natuur van hier)

Tot slot zijn er ook nog bijzondere amfibieën te vinden. Allereerst de vuursalamander, de enige landsalamander van ons land, waarmee het niet goed gaat. Maar ook de vroedmeesterpad en geelbuikvuurpad zijn bijzondere soorten voor deze streek. Als je bezoek brengt aan deze bossen houd dan rekening met de kwetsbare flora en fauna in het gebied. Veel soorten zijn al zeldzaam voor Nederland en worden door diverse factoren bedreigd, probeer de recreatiedruk daarom zo laag mogelijk te houden.


Lees ook: Hike Noorbeek (Zuid-Limburg) 13km

Speulder- en Sprielderbos

Een ander prachtig bosgebied zijn de Speulder- en Sprielderbossen, welke behoren tot Natura 2000 gebied de Veluwe. Het gebied is zo’n 3.300 hectare groot en ligt in de gemeente Putten en Ermelo. Het Speulder- en Sprielderbos is gelegen op een stuwwal, welke ontstaan is in de laatste IJstijd. Het is een van de oudste bossen in ons land. Het meest bijzondere aan het bosgebied is toch wel het 300 hectare grote bos dat ook wel het bos van de dansende bomen wordt genoemd.

Deze naam draagt dit stuk van het Speulderbos omdat de stammen van beuken bijna allemaal krom groeien, waardoor het lijkt alsof ze dansen. Het bos is op deze manier ontstaan doordat vroeger enkel de bomen met rechte stammen werden gekapt. Kromme stammen waren minder geschikt voor de verwerking ervan.

Het Speulderbos bij mist levert prachtige plaatjes op (Saxifraga – Jan Nijendijk)

Speulderbos (Saxifraga - Jan Nijendijk)

Het Solse Gat

In het Speulderbos is daarnaast ook nog het Solse Gat te vinden, een pingoruïne die stamt uit de ijstijd. Een pingoruïne is een overblijfsel van een pingo, een bolvormige heuvel. Deze heuvel is ontstaan doordat bevroren grondwater (in de vorm van ijs dus) een dun laagje bevroren grond naar boven heeft geduwd. Na verloop van tijd, toen het klimaat warmer werd, smolt het ijs en bleef er uiteindelijk een soort kuil achter, de pinogruïne. Deze pingoruïne is vervolgens verder vergroot als gevolg van leemwinning, waarmee het Solse Gat ontstaan is.

In en rondom het Solse Gat komt bijzondere vegetatie voor. Zo zijn er onder andere de (zeldzame) waterplanten waterdrieblad en slangenwortel te vinden. Maar ook de prachtige voorjaarsbloeiers bosanemoon en slanke sleutelbloem.

Fauna

In het Speulder- en Sprielderbos blijft veel dood hout liggen, wat goed is voor de biodiversiteit. Veel dood hout zorgt voor veel (bijzondere) insecten, welke een goede basis vormen voor een gezond ecosysteem. Er zijn in het bosgebied ook veel verschillende vogelsoorten te vinden. Vinken zoals goudvinken, appelvink en (in sommige jaren) ook kruisbekken, maar ook spechten zoals de middelste bonte specht en de zwarte specht zijn er aanwezig. Uiteraard is ook in de avonduren de bosuil waar te nemen.

Er is met name ook veel grof wild te zien in de Speulder- en Sprielderbossen. Dit heeft er mee te maken dat het een redelijk voedselrijk bos is, waardoor het een hoge capaciteit van grote dieren kan verdragen. Herten zoals het ree en het edelhert komen er veelvuldig voor, maar ook het wild zwijn voelt zich er thuis. Kleinere zoogdieren zoals de vos, en marters als de das en de boommarter komen er ook voor.

Wild zwijn
Het wild zwijn is talrijk aanwezig in Natura 2000 gebied de Veluwe

Oisterwijkse Bossen en Vennen

Tot slot willen we nog een bosgebied in het zuiden van het land benoemen. In Noord-Brabant liggen de Oisterwijkse Bossen en Vennen, een aaneengesloten gebied van bossen, vennen en heiden van 750 hectare groot. Meer dan de helft hiervan wordt beheerd door Natuurmonumenten. Het is gelegen bij Tilburg en Oisterwijk. Samen met de Oude Hondsberg en Kampina vormen ze het Groene Woud. Het behoort daarnaast tot het Natura 2000 gebied Kampina & Oisterwijkse Vennen, een aaneengesloten dekzandlandschap. In de Oisterwijkse Bossen en Vennen zijn meer dan 80 verschillende vennen te vinden.

Oisterwijkse bossen en vennen (Saxifraga - Jan van der Straaten)
Oisterwijkse bossen en vennen (Saxifraga – Jan van der Straaten)

Flora en fauna

Het gebied kent een bijzondere en rijke flora en fauna. Kenmerkend zijn de wilde gagel, een struik die groeit op natte, zure, venige grond én veenmos, welke groeit in het veen. Maar ook een minder algemene soort zoals moerashertshooi is er te vinden. Vroeger broedde er de elegante zwarte stern in de vennen. Deze kreeg hier ook de toepasselijke bijnaam de venkraai. Dodaars, ook een Rode Lijst soort, komen gelukkig wel nog in het gebied voor. Daarnaast zijn er ook eendachtigen zoals wintertaling, tafeleend en grote zaagbek (voornamelijk in de winter) te zien. In de bossen zijn onder andere de bonte vliegenvanger en de appelvink, goudvink en kruisbek te vinden.

De vennen zijn tot slot een zeer goede plek om fraai gekleurde en bijzondere juffers en libellen waar te nemen. Zo zijn er de smaragdlibel en de koraaljuffer te vinden. Daarnaast ook de zeldzame gaffelwaterjuffer, bosbeekjuffer en venwitsnuitlibel. Al met al een rijk en gevarieerd gebied om meer dan eens te bezoeken.

Zwarte stern
De zwarte stern broedde vroeger in de Oisterwijkse vennen. Zou deze weer als broedvogel kunnen terugkeren?

Dit waren onze vijf mooiste bossen in Nederland. Welk bos vind jij het mooiste? Laat het ons weten in de comments.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Zoeken

Categorieën

Op de hoogte blijven?

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!